Zitting van 25 januari 2024
Kennisname eedaflegging
Juridische gronden
● het Lokaal en Provinciaal Kiesdecreet van 8 juli 2011, de artikelen 8, 58, 86 en 169
● het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, de artikelen 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 14, 49 en 59
Argumentatie / motivering
● de geloofsbrieven van de heer Johan Billiet, die opgeroepen werd om de eed af te leggen werden tijdig ingediend, en deze werden ter inzage gelegd met respect voor de decretale bepalingen ter zake
● uit het onderzoek van de ingediende geloofsbrieven blijkt dat de heer Johan Billiet voldoet aan de verkiesbaarheidsvoorwaarden en op eer verklaard heeft zich niet in een situatie van onverenigbaarheid te bevinden
● de heer Johan Billiet heeft de volgende eed afgelegd in handen van de voorzitter: "Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen"
● het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur stelt:
'Door het onderzoek van de geloofsbrieven en de erop volgende eedaflegging van de gemeenteraadsleden, vermeld in artikel 6, § 3, en artikel 14, worden de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn van rechtswege als geïnstalleerd beschouwd.
● de rang die de leden van de raad voor maatschappelijk welzijn innemen is dezelfde als de rang die ze als gemeenteraadslid innemen
BESLUIT:
Enig artikel. - De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de eedaflegging van de heer Johan Billiet als gemeenteraadslid en van rechtswege als lid van de raad voor maatschappelijk welzijn.